vrijdag 1 mei 2015
Het ontstaan van het ei
Het ontstaan van het ei
Het ontstaan van het ei
Op het eerste gezicht zien alle eieren er hetzelfde uit. Hooguit de kleur verschilt. Maar de tijd van het anonieme ei is definitief voorbij. Alle Europese eieren krijgen vanaf nu een codestempel waaraan u kunt zien uit welk land het ei komt en hoe de kip die het ei heeft gelegd is gehuisvest. Zelfs het betreffende boerenbedrijf wordt in de code vermeld.
De code begint met een cijfer (0, 1, 2 of 3). Dit cijfer duidt aan hoe de kip die het ei heeft gelegd is gehuisvest.
0: een biologisch ei
Biologische eieren komen van hennen die in stallen worden gehouden met maximaal zes dieren per m2. De ruimte voor uitloop buiten moet minstens 4 m2 per leghen zijn. Andere voorschriften zijn onder meer dat de kippen grotendeels biologisch voer moeten krijgen en dat het niet is toegestaan om de snavels te behandelen
1: vrije uitloop ei
Kippen met vrije uitloop hebben de hele dag toegang tot een buitenverblijf. Op de uitloopvlakte die grotendeels begroeid moet zijn, staat ieder dier minimaal 4 m2 ter beschikking. Voor de stal geldt als eis tenminste één vierkante meter per negen leghennen
2: scharrelei
Scharreleieren komen van leghennen die worden gehouden in zogeheten scharrelstallen, waarbinnen de dieren zich vrij kunnen bewegen. Er ligt strooisel op de grond en ook zijn legnesten aanwezig, waarin de hen ongestoord haar ei kan leggen. In een scharrelstal mogen maximaal negen legkippen per m2 worden gehouden
3: kooi-ei
Binnen een grote stalruimte leven drie tot vijf legkippen per kooi. Ieder dier heeft de beschikking over minimaal 550 cm2 vloeroppervlak. De vloer van de kooien bestaat uit een licht hellend draadgaas waarover de eieren na het leggen in de richting van een verzamelband rollen. (Veel bedrijven schakelen over op aangepaste kooien, waarin de kippen beschikking hebben over legnesten, zitstokken en een scharrelruimte. Vanaf 2012 zijn deze aangepaste kooien verplicht en mogen de huidige kooien niet meer gebruikt worden.)
Na het eerste cijfer volgen twee letters; hiermee wordt het land van herkomst aangegeven. NL is natuurlijk Nederland.
De cijfers achter de landencode (de letters), geven het pluimveebedrijf aan waar het ei vandaan komt. Elk pluimveebedrijf in Europa heeft zijn eigen code. Nederlandse legkippenbedrijven hebben een code die bestaat uit 5 cijfers. Eventueel kunnen hier nog 1 of 2 cijfers aan zijn toegevoegd, om precies aan te geven om welke stal het gaat. Controlerende instanties kunnen er zonodig snel en effectief gebruik van maken. Dat geeft een veilig gevoel!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten